Zo kijkt het boeddhisme naar relaties
In het boeddhisme gaat ‘t in essentie over liefde en compassie. Maar met liefde wordt in dit geval vooral ‘liefde voor iedereen’ bedoeld. Onvoorwaardelijk, eindeloos en grenzeloos. En eigenlijk staat dat lijnrecht tegenover ons beeld van romantische relaties, waarin juist wél voorwaarden gelden en grenzen belangrijk zijn. Het verhaal gaat dat de Boeddha zijn vrouw en kind verliet op zijn 29e. Liefdesrelaties zijn volgens boeddhisten niet ‘never-ending’. Zoals alles in het leven, is een relatie vergankelijk.
Alles is liefde
En toch doen we zó ons best om iemand bij ons te houden. We maken er bovendien bijna een sport van om de juiste match te vinden met wie we ons hele leven willen doorbrengen. We zoeken naar een wederhelft alsof we niet ‘compleet’ zijn. Maar de Boeddha zei ooit: “Al zoek je de hele wereld af naar iemand die je liefde meer waard is dan jij, je zult die persoon nooit vinden.”
“Persoonlijke relaties zijn vergankelijk. Sommige stellen geloven dat hun relatie kan duren ‘tot de dood hen scheidt’ door in relatietherapie te gaan of er boeken over te lezen. Tot op zekere hoogte kan dit ook helpen om het tijdelijk fijn en goed te houden, maar ze zien daarbij wel een hele hoop verborgen factoren over het hoofd,” legt de boeddhistische filmregisseur Dzongsar Khyentse Rinpoche uit.
Betekent niet dat het boeddhisme anti relaties is, hoor. Boeddhisten geloven alleen meer in ruimte creëren voor elkaar, niet teveel hechten aan een persoon of beeld en zo min mogelijk verwachtingen hebben van de ander. We moeten ons niet laten leiden door de illusie dat een relatie permanent is, dát is de key.
Dzongsar: “Elke relatie eindigt, al is dat door de dood. Als je je dit bedenkt, valt de illusie van ‘voor altijd’ weg en dat is verrassend bevrijdend. Liefde en genegenheid worden dan onvoorwaardelijk en we genieten meer van elkaar in het huidige moment.”