Waarom oordelen we eigenlijk?
We doen het te pas en te onpas: oordelen. Of dat nu positief is (‘o, wat zie je er leuk uit vandaag’) of negatief (‘pf, zij is chagrijnig, is ze ongesteld of zo?’), we ontkomen er niet aan. En hoewel ‘vooroordelen’ als negatief woord wordt gezien, is het in veel gevallen juist heel logisch dat we ze hebben. Waarom oordelen we eigenlijk?
Dat antwoord is eigenlijk vrij voor de hand liggend: ons brein wil graag antwoord hebben op de vraag waarom iets gebeurt, bijvoorbeeld waarom iemand iets doet. Waarom kijkt die collega zo chagrijnig, waarom maakt die vriendin zulke carrièrekeuzes? Omdat we dat lang niet altijd kunnen vragen, gaan we over op aannames – oordelen, dus.
2 soorten aannames
Die aannames worden gevormd op 2 manieren, legt Elizabeth Dorrance Hall, assistent-professor in communicatie, uit op Psychology Today. Soms geven we ‘de schuld’ aan een situatie: die vriendin maakt misschien wat vreemde keuzes omdat ze beïnvloed wordt door haar partner. Soms oordelen we meteen over iemand als persoon: die collega is bijvoorbeeld gewoon een bitch. En ze is zo dik omdat ze gewoon geen wilskracht heeft om gezond te eten. Pf.
Dit vind je misschien ook interessant: Waarom je jezelf vaak lelijker op een foto vindt? Het antwoord is eigenlijk heel simpel
Dat laatste heeft ook veel te maken met wat ons is aangeleerd: dat bepaald gedrag of uiterlijk bij een bepaalde persoonlijkheid hoort. Van jongs af aan leren we dat mensen met een resting bitch face wel arrogant zullen zijn, dat drugsverslaafden slechte mensen zijn en noem zo maar op. Zo kunnen we mensen lekker in een hokje plaatsen.
Uiteraard zijn oordelen van het laatste soort iets dieper geworteld. Juist daarom is het slecht dat we die meer hebben: als iemand iets negatiefs (of positiefs) doet, schrijven we dat eerder toe aan de persoon dan aan de situatie – sowieso als we de persoon niet kennen. En door die onbewuste vooroordelen gaan we die mensen ook weer anders behandelen.
Waarom oordelen we dan toch zo snel?
Je zou denken dat we iedereen een eerlijke kans willen geven. Maar het doen van aannames, in plaats van daadwerkelijk na te denken over de motivaties die iemand zou kunnen hebben, bespaart ons veel tijd en energie. Stel je eens voor dat je moet nadenken over iedere handeling van iemand anders: dat zou extreem vermoeiend zijn. Het is juist handig dat we dingen ergens op af kunnen schuiven en dan weer verder kunnen gaan.
Dit vind je vast ook leuk: Dit is waarom blijvend afvallen zo moeilijk is
Het maakt ons brein immers niet zo heel veel uit of de vooroordelen kloppen of niet. Maar jóu misschien wel. Immers, zou jij niet ook willen dat mensen zouden nadenken over je situatie als je iets onaardigs zou zeggen, in plaats van dat ze je meteen als persoon zouden beoordelen?
Probeer daarom eens wat vaker langer na te denken over waarom iemand iets doet. Misschien niet als iemand je uitscheldt op de fiets in Amsterdam (#beentheredonethat), maar in ieder geval als het gaat om een persoon met wie je vaker te maken hebt. En ja, misschien kom je er dan achter dat ze inderdaad andere moralen hebben dan jij – maar ook dat zul je dan moeten accepteren.
Meer over oordelen
- Benieuwd naar je onbewuste vooroordelen? Doe de test!
- Wat zijn de vooroordelen over ‘te dik’ zijn? (en de mentale gevolgen ervan)
- Kunnen we een keer stoppen met oordelen?