Waarom we een nieuwe term moeten verzinnen voor ‘uit de kast komen’
Door de uitdrukking ‘uit de kast komen’ gaan we ervan uit dat iedereen hetero is – totdat je aankondigt dat je dat niet bent. Terwijl openlijk homoseksueel zijn dezelfde status zou moeten hebben als openlijk heteroseksueel zijn. Je kunt je afvragen: waarom komen er geen hetero’s uit de kast?
We duiken in deze ouderwetse term en leggen uit waarom het eigenlijk best vreemd is dat je je geaardheid zou moet onthullen.
Heteronormatieve samenleving
Het uit-de-kast-script komt veel voor in films en andere vormen van populaire cultuur. Zo was er van 2010 tot 2014 nog een programma op de Nederlandse televisie, ‘Uit de Kast’, waarin Arie Boomsma jonge homo’s en lesbiennes volgt bij hun coming out.
https://www.bedrock.nl/uit-de-kast-in-de-kantine-het-blijft-eng/
Maar het frame van de ‘kast’ suggereert als vanzelfsprekend dat er iets is dat onthuld moet worden. Zo houdt het idee van de kast het schaamtevolle taboe rondom homoseksualiteit en onze heteronormatieve samenleving in stand.
Een andere metafoor
Uit de kast komen zou helemaal niet nodig zijn als we niet automatisch zouden aannemen dat meisjes op jongens vallen. Als we niet automatisch aannemen dat jongens alleen aan borsten denken. En als we er niet constant vanuit gaan dat iedereen hetero is, tenzij die persoon anders aangeeft.
Daarbij wordt het principe gepresenteerd als iets dat doorstaan moet worden. Terwijl je seksuele geaardheid ook in beweging kan zijn, waardoor je er (nog) helemaal geen label op kan of wilt plakken. Als we meer ruimte willen creëren voor fluïde seksualiteit, moeten we écht een andere metafoor verzinnen.
Coming out
Er zijn a zillion redenen waarom de term ‘uit de kast komen’ niet oké is. Maar waar komt het eigenlijk vandaan? De uitdrukking ‘coming out of the closet’ duikt pas op in de jaren ’60 in Amerika. Eerder werd ‘coming out’ ook al gebruikt, maar toen had deze nog een andere betekenis dan nu.
In de vooroorlogse Amerikaanse gayscene verwees de coming out van een homoseksuele man oorspronkelijk naar het moment waarop hij werd geïntroduceerd binnen de gemeenschap, bijvoorbeeld tijdens grote drag balls in steden als New York, Chicago en New Orleans.
Lijken in de kast
Dus ‘coming out’ ging in eerste instantie niet over het onthullen van je (geheime) geaardheid, maar over het moment waarop je je aansloot bij een groep gelijkgestemden. Pas toen ‘the closet’ eraan vastgeplakt werd, kreeg het de betekenis die het nu heeft.
Daar komt bij dat ‘de kast’ in ‘coming out of the closet’ waarschijnlijk afstamt van de uitdrukking: ‘having skeletons in the closet’, oftewel: lijken in de kast hebben. Zodoende kreeg de coming out van homoseksuele personen niet alleen een andere, maar ook een negatieve klank.
Niet één moment
Inmiddels is de kast uitgegroeid tot een krachtig cultureel symbool. Er is zelfs een Internationale Coming Out Day – een dag waarop we aandacht hebben voor het moment waarop lhbti+’ers openlijk voor hun seksuele geaardheid of genderidentiteit uitkomen; oftewel ‘uit de kast komen’.
Maar de kast houdt iets in stand waar we juist vanaf moeten. Hij hakt namelijk de levens van lhbti+’ers in 2 (zogenaamd overzichtelijke) delen: de tijd waarin je in de kast zit, en de tijd waarin je uit de kast bent.
https://www.bedrock.nl/wel-vrij-maar-liever-niet-hand-hand-hoe-tolerant-zijn-eigenlijk-tegenover-de-lhbt-community/
Daardoor wordt de suggestie gewekt dat uit de kast komen één gebeurtenis is, op één groot moment. Terwijl het in werkelijkheid meer een proces is dat je elke keer weer opnieuw ondergaat. Bij elke nieuwe baan en bij elke nieuwe vriendengroep.
Iedereen uit de kast
Het is gewoon hartstikke oneerlijk dat de heteroseksuele medemens niet uit de kast hoeft te komen, en zijn of haar geaardheid nooit als iets geheims hoeft te ervaren. Maar dat lhbti+’ers dat wel ‘moeten’, lossen we niet op door het van de ene op de andere dag niet meer over de kast te hebben.
Mogelijkerwijs kunnen we het wél hebben over verlangens, zonder elkaar vast te zetten in een identiteit. Als we nieuwsgierig blijven naar onszelf en de ander en zien hoe veranderlijk we zijn. In een samenleving waarin iedereen elke dag opnieuw uit de kast komt – omdat je je seksualiteit steeds opnieuw leert kennen – zou in feite níemand uit de kast hoeven komen.