Dit zijn de 5 soorten imposter syndroom volgens een psycholoog
Terwijl anderen je vertellen hoe goed je in je werk bent, geloof je er zelf niets van. En dat terwijl je stiekem wel wéét dat je je taken met verve afrondt en mensen graag met je samenwerken. Het inmiddels welbekende oplichterssyndroom komt regelmatig voor. Minder bekend zijn de vijf soorten van het imposter syndrome.
Het oplichterssyndroom volgens Dr. Valerie Young
Hoewel het in de jaren zeventig andere psychologen waren die de term bedachten, werd vooral Dr. Valerie Young bekend met haar onderzoek naar imposter syndrome. Zij focust zich op vrouwen in het werkveld: volgens haarzelf veruit de grootste groep die met het syndroom dealt. Voor hen voelt het constant alsof ze mensen voor de gek houden, alsof ze de functie die ze hebben, eigenlijk niet verdienen. Die onzekerheid is het bekendste en meest algemene symptoom van het oplichterssyndroom, maar zeker niet het enige.
Volgens Dr. Young bestaan er namelijk vijf soorten van imposter syndrome, die te maken hebben met jouw type persoonlijkheid en de functie die je in je carrière bekleedt.
- De perfectionist;
- Het natuurlijke genie;
- Het ruige individu;
- De expert;
- De superheld.
De 5 soorten imposter syndrome en hun kenmerken
Elke soort kent, naast de algemene onzekerheid, unieke eigenschappen. Dat zit ‘m vooral in de manier waarop een persoon met de symptomen omgaat. Door die reactie heeft het syndroom op elk leven een andere impact. Weet je welk type bij jou hoort, dan is het makkelijker om de symptomen te herkennen en kun je gerichter aan de slag gaan met oplossingen.
De perfectionist
Misschien wel het bekendste type: de perfectionist. Deze persoon gelooft dat het nooit goed genoeg is en streeft altijd naar meer, meer, meer, ook als dat ten koste van zijn of haar eigen mentale gezondheid gaat. Volgens Dr. Young kan slechts de kleinste fout voor hen gigantisch voelen. Hierin is de onzekerheid van het oplichterssyndroom te herkennen: de perfectionist maakt zijn eigen fouten immers groter dan dat ze daadwerkelijk zijn. Het is voor deze groep essentieel om te beseffen dat kleine fouten bij succes horen.
Het natuurlijke genie
Was je als kind altijd de slimste van de klas? Haalde je goede cijfers voor proefwerken zonder daar veel moeite voor te doen en was je steevast eerder klaar met taken dan je klasgenootjes? Grote kans dat dit niet je hele leven zo is gebleven en dat het op de middelbare school of tijdens je studie allemaal wat lastiger werd. Het ging het natuurlijke genie altijd makkelijk af, en daardoor kampt dit type nu met imposter syndroom. Wanneer iets niet lukt, denkt deze persoon alleen maar terug aan hoe vroeger wél alles lukte – en dat leidt tot een hoop frustratie en onzekerheid.
Het ruige individu
Bij deze soort heeft men het gevoel alles alleen te moeten doen. Vragen om hulp wordt gezien als een zwakte en een project is voor dit ruige individu pas succesvol afgerond, als het alleen is gebeurd. Herken je jezelf hierin? Volgens Dr. Young is het belangrijk dat je hulp als iets positiefs gaat zien. De knop moet worden omgezet zodat hulp niet langer als een teken van zwakte, maar juist van sterkte wordt ervaren.
De expert
Iemand die zich in dit type herkent, heeft raakvlakken met de perfectionist. De expert wil in elk onderwerp létterlijk een expert worden en vindt zichzelf past goed genoeg wanneer hij of zij er alles over weet. Dat die situatie niet echt realistisch is, zorgt ervoor dat het oplichterssyndroom om de hoek komt kijken. Een expert neemt geen genoegen met 90 procent, maar wil altijd voor de 100 procent gaan. Uiteindelijk leidt dit tot vervelende situaties, waarin de persoon in kwestie het gevoel heeft nooit genoeg te zijn. De oplossing volgens Dr. Young? Erkennen en herkennen dat je ook onderweg nog kunt bijleren.
De superheld
De superheld werkt vaak boven z’n eigen kunnen om te bewijzen dat hij een taak aankan. Dat de persoon daarbij hogere eisen aan zichzelf stelt dan aan anderen, wordt even vergeten. Dr. Young waarschuwt dat deze vorm van imposter syndroom kan leiden tot burn-outs, omdat de superheld de hoeveelheid werk die hij zichzelf oplegt helemaal niet aankan.