Waarom het zo moeilijk is om een gezonde relatie met je lichaam te hebben (in deze maatschappij)
Je staat voor de spiegel en onderwerpt je lichaam aan een kritische blik. Een vetje hier, een armkwabje daar… Moet dat nou? Vol afschuw draai je je weg. Dat worden wijde kleren vandaag. Herkenbaar? Grote kans dat jij niet zo’n gezonde relatie met je lichaam hebt. En je bent niet de enige.
Zo’n 60 procent van de jonge vrouwen heeft wekelijks negatieve gedachten over haar lichaam – of vaker dus. Onder mannen ligt dat percentage lager: op 37 procent.
Vooral de buik kan op flink wat kritiek rekenen, volgens het gelinkte onderzoek van Brandpunt+. Maar waaróm hebben we zo’n verpeste relatie met ons lichaam?
Uiterlijk boven innerlijk
Als ik jou zou vragen wat je van je eigen lichaam zou vinden, zou je waarschijnlijk denken aan hoe (on)tevreden je bent met hoe het eruit ziet. Heb je mooie ogen, ben je blij met je bouw, zie je er afgetraind uit?
Veel minder mensen denken aan wat hun lichaam eigenlijk is: een magisch samenspel van spieren, botten, gewrichten en allerlei zenuwen die de kleinste boodschappen kunnen overbrengen. Het ademt, het loopt, het danst, het rent, het heeft seks, het voelt, het lééft.
Toch ligt de nadruk in onze maatschappij altijd op het eerste, en zelden op het laatste. En dat is precies het probleem.
Good News Monday: Pinterest bant alle reclames die afvallen promoten
We denken tegenwoordig namelijk alles aan de buitenkant te kunnen aflezen. Als je een gezond gewicht hebt, bén je ook ‘gezond’ – niemand die zich afvraagt of je ook daadwerkelijk gewoontes hebt die gezond voor lichaam en geest zijn. En gezondheid is niet de enige waarde die we uit ons uiterlijk denken te kunnen halen: ook zelfvertrouwen, succes en liefde kunnen we allemaal bereiken met ‘een perfect lichaam’.
Maar plottwist: je lichaam is er niet om mooi, slank, lang of wat dan ook te zijn. Je lichaam is er om mee te doen wat jij wilt doen.
Wat je relatie met je lichaam eigenlijk zegt
Dat we met de ‘ relatie met je lichaam’ doelen op de gedachten die we over de buitenkant hebben in plaats van over hoe het functioneert, zegt dus eigenlijk al genoeg over de focus van de maatschappij. Toch is dat lang niet het enige wat je relatie met je lichaam beïnvloedt.
Kijk bijvoorbeeld ook naar hoeveel emoties we koppelen aan een ‘goed’ of ‘slecht’ lichaam. Idealiter, als we de buitenkant van ons lichaam als neutraal zien, denken we er zelden over na en voelen we er ook weinig bij. Toch roept ons uiterlijk doorgaans júist een heleboel emoties op, vaak veroorzaakt door (geïnternaliseerde) stigma’s rondom dik zijn.
Denk bijvoorbeeld aan…
- Schaamte: ‘O nee, ik kan echt niet in bikini! Dan ziet iedereen mijn [vul zogenaamde imperfecties in]!’
- Schuldgevoel: ‘Jeetje, ik heb alwéér te veel gegeten. Dat ga je natuurlijk meteen zien aan mijn buik.’
- Angst: ‘Ja, ik wil wel eten zonder schuldgevoel, maar niet als dan [zogenaamd doemscenario] met mijn lichaam gebeurt.’
- Trots: ‘Wow, de weegschaal geeft [insert nietszeggend getal] aan! Dat is mezelf alle sociale gelegenheden ontzeggen bijna waard.’
- Woede: ‘Waarom heb ik nou niet genoeg discipline om vijf keer per week te sporten? Ik ben waardeloos!’
Et cetera. En zodra je ook maar probéért om je lichaam gewoon te nemen zoals het is, merk je hoeveel invloed die emoties pas echt hebben op je overtuigingen en gedrag – niet per se stimulerend voor een gezonde relatie met je lichaam.
De relatie met ons lichaam hebben we zelfs zo groot gemaakt dat die eigenlijk een heleboel zegt over de relatie met jezelf als persoon. Schaamte, schuldgevoel, angst, trots en woede zijn emoties die we goed moeten onderzoeken, omdat de onderliggende gedachten het diepere probleem prijsgeven – zoals hoe bang we zijn om afgewezen te worden of hoeveel liefde we hebben gemist tijdens onze jeugd.
Bemoei je met je eigen lichaam
Oké, dus we hebben onze focus op uiterlijk, de emoties en waarden die we eraan linken… Nog meer? O ja: dat iedereen altijd denkt een mening te mogen hebben over jouw lichaam.
Je tante die zegt hoe slecht het is dat ze dat chocolaatje heeft gegeten – toevallig net nadat jij er ook twee hebt verorberd. Voedselproducenten, die op elk – werkelijk élk – voedsel de calorieën (moeten) zetten, plus een rood of groen icoontje voor hoe ‘goed’ of ‘slecht’ het eten is. Iedereen die zegt ‘zich zorgen te maken om je gezondheid‘. (Nee, Tiny, dat doe je niet; je dringt mij gewoon jouw denkbeelden op.)
Maar laat me je één ding vertellen: niemand weet beter wat je lichaam nodig heeft dan jij, en je herstelt de relatie met je lichaam alleen als je er weer op gaat vertrouwen.
Dus ik heb een voorstel: laten we ons gewoon lekker bemoeien met ons eigen lichaam. Hoe het beweegt, hoe het geniet, hoe het seks heeft, hoe het lééft.