Een open relatie? Laat liever wat toewijding zien
In donkere kroegjes en fel verlichte kantines laait steeds vaker de discussie op: een open relatie, zoenen (of meer) met anderen naast je partner: Moet dat tegenwoordig normaal zijn of niet? Steeds meer van mijn leeftijdgenoten vinden het een logische nieuwe stap in de moderne relatie. Al dat monogame gedoe lijkt flauwekul. Wie van zijn partner verlangt dat hij/zij niet met een ander zoent, is een harteloze dictator. Op zich snap ik waar deze opvatting van sommige van mijn leeftijdgenoten vandaan komt. Ze vragen zich hard op af of ze zich wel aan één iemand moeten binden, en dat is heel logisch als je kijkt naar onze grootste en meest voor de hand liggende voorbeelden: onze ouders.
Meer vrijheid in relaties
Babyboomers (mensen die grofweg geboren zijn tussen 1945 en 1955) gingen op een andere manier het huwelijk in dan hun ouders. Waar voor de oorlog het huwelijk nog vooral veel praktisch nut had zagen de boomers het huwelijk als middel van zelfontplooiing. Er kwam meer vrijheid in de relatie: zo werd het langzaam gebruikelijk om samen te gaan wonen zonder eerst te trouwen, en kregen onze ouders later kinderen.
Omdat vrouwen niet langer standaard thuis bleven na het krijgen van een kind maar bleven werken kregen ze een zekere mate van financiële onafhankelijkheid. Het gevoel van vrijheid steeg, er was geld om op vakantie te gaan en de wereld te zien. Voor babyboomers lag de wereld aan hun voeten. Ze konden alles min of meer zelfstandig gaan bereiken.
Lagere drempel om te scheiden
Dat grotere gevoel voor vrijheid en zelfstandigheid zorgde ook voor een ander idee: waarom zou ik nog bij mijn partner blijven als ik niet meer verliefd ben? Partners hadden elkaar niet meer nodig als de verliefdheid op was, wat de drempel tot scheiden aanzienlijk verlaagde.
Kort door de bocht was het gevolg hiervan dat busladingen vol van onze ouders scheidde, en dat zijn onze prachtige voorbeelden als het op de liefde aankomt.
Dit alles sijpelt door in onze hele generatie: we hebben een aantal relaties voor we op vrij late leeftijd (in vergelijking met vroeger) ‘settelen.’ Ook krijgen we daardoor later kinderen: waar de gemiddelde leeftijd waarop vrouwen kinderen kregen in 1990 nog 26 was, ligt dat nu rond de 30. We willen min of meer zeker weten dat degene met wie we ons leven delen een goede keuze is: we hebben namelijk gezien dat dat bij onze ouders niet altijd goed ging.
Op zich lijkt me dit geen slechte ontwikkeling. Maar er is nog iets wat de generatie van onze ouders op ons heeft doorgegeven: het idee dat we alles kunnen bereiken wat we maar willen. En lukt iets niet? Dan doen we toch gewoon iets anders?
Veel opties
Niets mag te veel moeite kosten en we moeten veel opties hebben, want waarom zou je lijden als het leven er puur en alleen is om geluk te ervaren? Zo worden we pissig als onze gratis thuisbezorgde maaltijd een half uur te laat is, willen we na ons afstuderen meteen een goede baan en breken er rellen uit als de Albert Heijn op zondag eerder dicht gaat. We moeten 24 uur per dag uit alles kunnen kiezen en we willen zoveel mogelijk opties zo lang mogelijk openhouden.
De signalen dat je de verliefde fase voorbij bent (en hoe je het weer aanwakkert)
Deze mentaliteit kan er weleens voor zorgen dat wij op veel gebieden, zo ook in de liefde, nodeloos op de oppervlakte blijven hangen. Hoe leuk je elkaar ook vindt: een goede relatie kost tijd en investering.
Zoenen met anderen
En zo kom ik op het punt over zoenen met anderen terwijl je in een relatie zit: ik ben er van overtuigd dat exclusiviteit met je partner er juist voor zorgt dat de relatie sterker kan worden in plaats van zwakker. Wie durft de andere opties (alle anderen mensen waar je mee zou kunnen zoenen) af te sluiten laat daarmee toewijding aan zijn/haar partner zien. Toewijding die nodig is om een diepere laag in de liefde te bereiken.
Het niet zoenen met anderen zouden we niet als een dictatoriaal verbod moeten zien dat onze vrijheid inperkt, maar als een bewuste eigen keuze en een belangrijk symbool waarmee je laat zien: ik heb de keuze en ik kies voor jou. Het maakt het exclusiever en specialer: er zijn bepaalde dingen die je alleen met elkaar deelt. Dat is geen beperking, maar een verrijking.
Ik moet denken aan een man (de zestig gepasseerd) die mij vertelde dat hij in zijn huwelijk weleens verliefd was geworden op een andere vrouw. Hij wist echter dat hij zoveel van zijn vrouw hield en zo’n mooie relatie met haar had opgebouwd dat hij wist dat dit eventuele tijdelijke pleziertje daar niet tegen op zou wegen.
Het kostte hem wat moeite, maar hij vertelde zijn vrouw over zijn verliefdheid, verbrak het contact met de andere vrouw en de verliefdheid verdween. Zijn vrouw gaf hem het vertrouwen en hij liet haar toewijding zien: de relatie werd na al die jaren nog dieper en sterker. Dat is wat een beetje toewijding kan doen.