Margje Hoogland Relatie 30 mrt 2022, 06:00

Leestijd: 3 minuten

De seksualiteitschaal: de zin en onzin van de Kinsey schaal

Soms kunnen labeltjes je inzichten geven in jezelf. Zo slaan de enneagram types vaak de spijker op z’n kop en dat geldt voor nog veel meer labeltjes. Voor seksualiteit hebben we die ook. Dat kan helpen het begrip voor seksualiteiten die anders zijn dan de ‘norm’ te vergroten. Die labeltjes hebben we trouwens al jaren, te danken aan de Kinsey schaal.

Laten we eens kijken of die nog van deze tijd is.

Wat is de Kinsey schaal?

De Kinsey schaal is een grafiek die loopt van uitsluitend heteroseksueel tot uitsluitend homoseksueel. De grafiek wil daarmee laten zien dat binnen die twee uitersten veel meer vormen van seksualiteit bestaan.

Deze schaal komt uit het boek Sexual Behavior in the Human Male uit 1948, geschreven door Drs. Alfred Kinsey, Wardell Pomeroy en Clyde Martin. Een boek dat baanbrekend was voor die tijd.

Wat er aan vooraf ging

De Kinsey schaal is vernoemd naar Drs. Alfred Kinsey, een van de belangrijkste seksonderzoekers van de 20e eeuw. Zonder zijn onderzoeken, zou het seksuele landschap er tegenwoordig heel anders – vooral een stuk minder divers – uitzien.

Welke seksualiteiten zijn er allemaal? We zetten ze op een rij (welke ben jij?)

Zijn interesse in seksualiteit begon bij de Indiana University, toen hij daar werd aangenomen om seksuele voorlichting te geven. Bij het voorbereiden van zijn lessen, ontdekte hij dat er maar weinig lesstof voor te vinden was. Daarom begon hij zijn eigen onderzoek. Veel daarvan heeft de wereld van seksuele voorlichting veranderd.

Hoe de Kinsey schaal wordt gebruikt

De Kinsey schaal is opgedeeld in verschillende stukjes die aan zijn gegeven met een cijfer. De schaal loopt van nul tot zes en bevat een extra categorie X, die staat voor aseksualiteit.

Een afbeelding van de schaal vind je op MindBodyGreen. Je kunt het zien als dat de categorie waar iemand binnen valt, aangeeft wat diens seksuele voorkeuren zijn. Dit zijn de categorieën:

0: Exclusief heteroseksueel
1: Meestal heteroseksueel, incidenteel homoseksueel
2: Meestal heteroseksueel, meer dan incidenteel homoseksueel
3: Zowel heteroseksueel als homoseksueel
4: Meestal homoseksueel, meer dan incidenteel heteroseksueel
5: Meestal homoseksueel, incidenteel heteroseksueel
6: Exclusief homoseksueel
X: Geen sociaal-seksuele contacten of reacties

Voor- en nadelen

Je kunt hier zelf al wel op uit maken dat de schaal tegenwoordig niet meer helemaal actueel is.

Toch kent de schaal zeker een aantal voordelen:
1. Het erkent de diversiteit van seksualiteit
2. Het benadrukt biseksualiteit in verschillende vormen
3. Ondersteunt mensen bij het verkennen van hun eigen seksualiteit

Sapioseksueel: wanneer je valt op intelligentie (en hoe date je zo iemand?)

De nadelen laten beter zien waarom de schaal niet meer up-to-date is:
1. De schaal laat geen ruimte voor mensen die zichzelf als non-binair identificeren*
2. Richt zich op gedrag in plaats van identiteit
3. Richt zich op seksuele aantrekkingskracht en houdt geen rekening met romantische aantrekkingskracht
4. Oversimplificatie van de tegenwoordig bekende seksualiteiten
5. Duwt mensen in hokjes waar ze zichzelf niet in vinden passen

* Het was niet die de bedoeling om groepen mensen uit te sluiten. In die tijd wisten ze veel minder, en de taal om genderdiversiteit te beschrijven was nog niet echt ontwikkeld.

Klein Sexual Orientation Grid

Inmiddels zijn er nieuwe schalen ontwikkeld die wat inclusiever zijn. Eén daarvan is de Klein Sexual Orientation Grid. Deze komt uit 1978 en is gemaakt door Fritz Klein.

Deze schaal bestaat uit 7 categorieën, onder andere: seksueel gedrag, seksuele aantrekkingskracht, seksuele fantasieën en levensstijlvoorkeuren. Wanneer iemand in elke categorie diens voorkeur aangeeft over zowel het verleden, het heden als het ideaal, geeft het een beter beeld van diens seksualiteit.

Conclusie

Laten we Kinsey schaal vooral zien als iets wat baanbrekend was voor zijn tijd en wat aan de basis ligt voor onze kennis over seksualiteit nu.

Aseksualiteit: wat is het eigenlijk?

Verder is de schaal niet meer helemaal representatief en kijken we liever naar de grid van Klein. Mocht je er behoefte aan hebben, dan geeft die grid je namelijk een beter beeld van jouw voorkeuren.

Kijk je liever helemaal niet naar zo’n grafiek? Dat begrijpen we helemaal. We stoppen mensen liever niet in hokjes, en vrijheid en gelijkwaardigheid is het enige dat telt.