Deze tips had iemand mij moeten geven voordat ik mijn eerste baan kreeg
Ik zette 5 jaar geleden mijn eerste wankele stappen op de arbeidsmarkt. Ik was net afgestudeerd in een studierichting waar niemand op zat te wachten, midden in een financiële crisis. Ik wilde een baan waarbij het geen vereiste was om alcoholische versnaperingen te serveren. Pogingen om mijn beginnend enthousiasme te temperen van vrienden en volwassenen wuifde ik weg. Niemand kwam op dat moment makkelijk aan een baan, maar bij mij zou het anders gaan. Drie maanden, 52 sollicitatiebrieven, 21 gesprekken en 9 (!) we-hebben-heel-lang-getwijfeld-maar-we-gaan-toch-voor-diegene-met-zes-jaar-meer-ervaring-die-negen-talen-spreekt verder had ik een baan. Oké, geen baan, een werkervaringsplek. Onbetaald. Voor drie dagen in de week. En het had niets met mijn studie te maken.
Sindsdien ben ik twee banen verder. Ik heb nachten doorgewerkt, promotie gemaakt, er is tegen mij geschreeuwd, ik heb heel veel nieuwe dingen geleerd en grote fouten gemaakt. Hier zijn de 7 tips die ik graag had gehad voordat ik begon.
1. Een stage of werkervaringsplek is een goed idee
Ondanks dat je op het moment dat je afstudeert denkt dat je geen stage hoeft te lopen (schuldig) omdat je net vier jaar hebt zitten zwoegen in de collegebankjes op het filosofisch gedachtegoed van Popper, blijken deze theoretische wijsheden in de praktijk toch minder nuttig dan voorgehouden. Voel je niet te goed om een stage of werkervaringsplek aan te nemen, maar maak er wel duidelijke afspraken over om te voorkomen dat je jaren gratis aan het werk bent.
Lees ook: Zoveel uur kan je het beste per week werken
2. Salarisonderhandelingen horen erbij
Als je eenmaal dat felbegeerde contract voor je hebt liggen (ook al is het maar voor zes maanden) probeer je zelf in te houden en niet meteen overal je handtekening onder te zetten (zoals ik deed) maar even goed na te denken over wat je wil verdienen en wat je in elk geval moet verdienen. Vrouwen verdienen gemiddeld nog steeds minder dan mannen in dezelfde functie en daar zijn we voor een deel zelf schuldig aan omdat we niet onderhandelen.
3. Maak (duidelijke) aantekeningen
Er is niet zoiets als teveel aantekeningen maken. Schrijf alles op. Die eerste dagen komt er zoveel informatie op je af dat het onmogelijk is om alles te onthouden. Pen het neer.
Dit vind je vast ook interessant: Nieuwe baan? Drie tekenen die je vertellen of je de juiste keus maakt
4. Schrijf je to-do’s op post-it notes
Deze tip kreeg ik pas vorige week, maar is nu al goud waard. Mijn to-do lijsten hebben de reputatie omvangrijker te zijn dan de bijbel. Een post-it dwingt je om je lijst kort en bondig te houden. Verdeel je taken in hapklare brokken. ‘Rapport schrijven’ is geen to-do, tenzij je het binnen een uur kan.
5. Stel alle vragen
Dit is het moment om de slimme en de domme vragen te stellen. Niemand verwacht van je dat je het allemaal een beetje uit de lucht plukt en uit ervaring kan ik nu zeggen dat je het dan vaak bij het verkeerde eind hebt.
Ook interessant: Waarom een werk-privé balans onzin is (en wat je veel beter zou kunnen doen)
6. Vraag hulp
Ergens zit nu een voormalig werkgever van mij in haar knuisje te lachen omdat ik daadwerkelijk de laatste persoon ben die deze tip mag geven. Maar toch. Vraag om hulp. Niemand kan het allemaal zelf en diegene naast je is misschien wel heel bedreven in het schrijven van een communicatieplan/uitvogelen hoe Excel errors worden opgelost/inplannen van 30 social media posts.
7. Iedereen maakt fouten
Eerder genoemde werkgever ligt nu onder haar stoel van het lachen. Maar dit is iets wat ik pas in mijn laatste baan een beetje onder de knie kreeg. Iedereen maakt fouten, niet alleen jij. En het is helemaal oké om dat ook toe te geven.
Meer lezen over werk?
- Hoe je geluk op het werk vindt (volgens een organisatie-psycholoog)
- Wat er gebeurde toen ik zeven dagen per week ging werken (tien maanden lang)
- Geen zin om te werken? Zo krijg je jezelf toch aan de slag